Het voorkomen van verschillende typen leefgebieden op de zeebodem kan worden voorspeld aan de hand van omgeveningsfactoren. Waterdiepte en sedimenttype zijn omgevingsvariabelen die in grote mate de verspreiding van leefgebieden en het hiermee gekoppelde bodemleven voorspellen. De lokale fysische en chemische omstandigheden in combinatie met verstoring door menselijke activiteit kunnen ook invloed hebben op de verspreiding van een leefgebied. De verschillende omgevingsfactoren zijn op een grote schaal (vierkante km’s) redelijk goed bekend uit diverse internationale projecten; deze resultaten zijn vertaald naar leefgebiedkaarten op een zelfde grote schaal. Op een kleine schaal (enkele tientallen meters) zijn de effecten van deze omgevingsfactoren echter niet bekend. Dit deelproject wil inzicht geven in de verspreiding van leefgebieden op de zeebodem op een veel kleinere schaal dan momenteel gebeurt (enkele honderden vierkante meters).
We verzamelen, analyseren en combineren bestaande gegevens over omgevingsfactoren zoals waterdiepte en sedimenttype, en over verstoringen door menselijke activiteiten zoals visserij. Hiermee kunnen we een gedetailleerde kaart maken van de bestaande leefgebieden op het Nederlandse Continentaal Plat. Op deze kaart laten we ook gebieden zien met vergelijkbare omgevingsfactoren, maar blootgesteld aan verschillende niveau’s van menselijke verstoring. Hierdoor kunnen we de invloed van menselijke verstoring voor een specifiek leefgebied onderzoeken, en ook het herstelvermogen van het leefgebied bepalen.Naast de reeds bestaande gegevens, verzamelen we in dit deelproject ook nieuwe gegevens over de zeebodem. Dit doen we met een nieuw ontworpen sleepcamerasysteem (‘TowCam’, ontwikkeld naar het voorbeeld van een sleepsysteem gebruikt door de universiteit van Plymouth), met als doel om te verifiëren of de leefgebieden die op basis van de gegevens uit het eerste deelproject en de omgevingsfactoren verwacht worden, ook echt op die plek voorkomen. Ook gaan we kijken naar paren onderwatertransecten, waarbij elk transect in een paar gelijk is wat betreft omgevingsfactoren en dus naar verwachting dezelfde leefgemeenschappen zal herbergen, maar zal verschillen in de hoeveelheid menselijke activiteit. Op deze manier kunnen we de effecten van menselijk activiteiten op de zeebodem te bepalen, zodat we leefgebieden die gevoelig zijn voor verstoring hierdoor kunnen identificeren en lokaliseren.
Om op een dergelijke kleine schaal te werken is het cruciaal om de locatie van de cameratransecten goed in te schatten in relatie tot omgevingsfactoren en menselijk activiteiten. Dit is mogelijk door het gebruik van de zeer gedetailleerde kaarten verkregen met akoestische scantechnieken (multibeam) uit het eerste deelproject. Met onderwatervideo kunnen we een groot deel van de leefgemeenschap in kaart brengen, maar de dieren in de bodem (schelpdieren, wormen) blijven verborgen. Deze dieren zijn ook zeer belangrijk voor de leefgemeenschap. De bodemmonsters uit het derde deelproject zorgen ervoor dat onze analyse van de leefgemeenschappen en leefgebieden zo compleet mogelijk wordt.
Het derde deelproject geeft inzicht over het functioneren en de conditie van de verschillende leefgemeenschappen gebaseerd op de functionele eigenschappen (zoals gemiddelde grootte en leeftijd, maar ook voedings- en reproductie strategie) van alle organismen in de leefgemeenschap (geïdentificeerd met video en bodemmonsters). In combinatie met het ruimtelijke overzicht van leefgebieden en menselijke activiteiten kunnen we zo de kwetsbaarheid van de verschillende leefgemeenschappen bepalen.Het eindresultaat van dit deelproject is een leefgebiedenkaart met een hoge resolutie van het Nederlands Continentaal Plat. De leefgebieden zijn geclassificeerd naar omgevingsfactoren en menselijk gebruik. De kaart zal ook de verwachte kwetsbare gebieden laten zien, en kwetsbare leefgebieden die het potentieel hebben om te herstellen bij verminderd menselijk gebruik. De leefgebiedenkaart zal beschikbaar gemaakt worden als interactieve webapplicatie voor een breed publiek.